Op zaterdag 4 mei 2013 werd een wandelvoorstelling in de Folkingestraat ‘Aan die komen’ gehouden. Een theatrale wandeling over de jeugd tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Onderstaand een wandeling door de Joodse Folkingestraat over dit stuk geschiedenis van de Joodse wijk in Groningen. (Update: in 2018 een wandeling nooit meer vergeten; klik hier)
Start: Folkingestraat 67 (hoek Zuiderdiep)
Hier loopt u de voormalige Groningse Jodenbuurt in. Deze buurt onstond in de jaren na de bouw van de eerste synagoge op deze plek in 1756 en werd begrensd door de Vismarkt, het Zuiderdiep, de Herestraat en de Munnekeholm.
Aan het Joodse leven in deze buurt, dat abrupt in 1943 eindigde met de deportaties, herinneren vijf kunstwerken.
Het eerste is een bronzen deur: Portaal. Een deurklink ontbreekt. Hierachter ligt symbolisch de geschiedenis van de Jodenbuurt verborgen, definitief afgesloten.
Het tweede kunstwerk begint hier ook: Galgal Hamazalot. Het bestaat uit bronzen maantjes midden op straat. Hier begint de maan als sikkel en halverwege de Folkingestraat is zij vol. Daarna neemt de maan weer af tot een sikkel. Symboliek: opkomst en ondergang van de Joodse gemeenschap. Ook is het een verwijzing naar de joodse jaartelling die gebaseerd is op de stand van de maan.
60 Synagoge. De Moorse stijl van het gebouw uit 1906 is herkenbaar aan de vele hoefijzer- of sleutelgatborgen. De twee bollen aan weerszijden van het grote bordes zijn in 2011 voorzien van een laagje bladgoud. De Hebreeuwse tekst boven de hoofdingang betekent ‘U bent gezegend bij het binnenkomen en bij het naar buiten gaan’.
Links naast de synagoge staat het Rabbinaatshuis (Nieuwstad 30). Gebouwd in 1890 en dus ouder dan de synagoge. Het werd gebruikt als badhuis, kantoor van de (opper)rabbijn en kantoor van de Joodse Gemeente.
Achter het grote raam op de eerste verdieping aan de Nieuwstad was de vergaderzaal van het opperrabbinaat. Beneden woonde de koster en badmeester. Het rituele bad (mikwe) bestaat niet meer. Het verdween onder beton toen zich in het gebouw na de oorlog een bordeel vestigde. In de top van de gevel aan de Nieuwstad zijn nog steeds de letters NIG te zien:
Nederland Israëlitisch Genootschap.
59 Hier werd de in haar tijd beroemde Joodse klassieke zangeres Julia Culp (1880-1970) geboren. Ze werd de Hollandse Nachtegaal genoemd. Geluidsopnames van haar zijn bewaard gebleven en te beluisteren op Youtube. Culp was bevriend met de dirigent Wilhelm Furtwängler. De componist Arnold Schönberg schreef werk voor haar. In de New Yorkse Carnegie Hall trad ze op voor de Amerikaanse president en in Berlijn voor de Duitse keizer. Haar hoogtijdagen waren van 1901 tot 1919.
52 Hier woonde de bekende Joodse bakkersfamilie Hildesheim. Dis is onderaan de gevel nog te zien aan de plaquette met de tekst ‘IPH Hildesheim, 1850’. De familie was afkomstig uit het Duitse Hildesheim. De meeste Groningse Joden voor WO II hadden hun wortels in Duistland en Oost-Europa: Ashkenazim. In 1942 werd de familie gedeporteerd. De woning werd toegewezen aan anderen.
51 In 1938 woonde hier de melkhandelaar Samuel Blok met zijn gezin. In de bovenwoning woorde de beroemde violist Benne Behr. Behr was enige tijd begeleider van de wereldberoemde Amsterdamse (later Amerkaanse) zanger Leo Fuld. Behr vormde een duo met Groningse Joodse violist Sem Nijveen. Samen speelden zij na WO II in het Metropole Orkest.
42 Hier woonde in WO II de Joodse slager Joel Gosler. Zijn slagerij aan de Ebbingestraat wrd door de bezetters gesloten. Gosler overleefde de oorlog maar kreeg na de bevrijding zijn zaak aan de Folkingestraat niet terug. Hij emigreerde naar de Verenigde Staten waar hij in 1993 op 90 jarige leeftijd stierf.
40 In 1938 woning en winkel van kleermaker en musicus David Maagdenburg. Na zijn dood in 1941 bleef zijn vrouw Frouwke er wonen, totdat zij op 81- jarige leeftijd door de bezetters uit haar huis werd gehaald.
39 Hier stond het huis van Leo Bohemen, werknemer van kledingfabriek Levie aan de W.A. Scholtenstraat. Hij was een bekend atleet en lid van de Joodse gymnastiekvereniging Ivria. Tijdens de bezetting werd hij bij de voordeur door een Duitse soldaat of een NSB-er doodgeschoten.
36 Voormale Joodse onderwijsinstelling Ets Haim (Hebreeuws voor Levensboom). Hier kreeg de Joodse jeugd les over de Joodse traditie en religie. Van de originele voorgevel en het oorspronkelijke interieur is niets meer over. De zijmuur is nog origineel.
-Loop nu de Folkingedwarsstraat in, schuin tegenover Ets Haim-
De functie van Joodse school werd in maart 1940 overgenomen door de jeugdsynagoge. Folkingedwarsstraat 16. Vanaf 1952 werd dit gebouw gebruikt als de synagoge van Groningen. Nu is er beneden een gymzaal en een vluchtelingenorganisatie.
Achter het gebouw (om de hoek, Schoolholm nr. 28) staat het voormalige Joodse bejaardentehuis Beth Zekeniem (‘huis voor ouderen’). Het was bij de opening in 1899 zeer modern en comfortabel, met veel licht en ruimte. Na de deportatie van de bewoners in 1943 sloot het definitief de deuren. Sommige bewoners werden door de bezetters met bed en al op transport gesteld. De Joodse gemeente verkocht het gebouw in 1956. Met de opbrengst werd een bejaardentehuis in Beth Jole (Israël) gesponsord.
-Loop terug naar de Folkingestraat en sla linksaf-
35 Voormalige kledingwinkel van Simon Bollegraaf en Grietje Bollegraaf-Levitus. Dochter Saartje woonde met haar echtgenoot Aron van Leeuwen bij het gezin in. Aron, Saartje én haar broers Levie, Abraham en Ruben sotnden officieel ingeschreven als ‘muzikant’. Met Koninginnedag en Bommen Berend (Gronings Ontzet) speelden ze samen in een straatorkest. Hiervan is aan het eind van deze wandeling een oude foto te zien (nr.12).
29a Gedurende enige jaren de woning van de familie Zimet. De familie was Duitsland voor de nazi’s ontvlucht. Minna Zimet overleefde de concentratie kampen Bergen Belsen en Theresienstadt en keerde na de bevrijding terug. Helaas was de woning toegewezen aan een ander gezin.
23 Winkel van de Joodse paardenslager De Swaan. Paardenvlees is niet kosjer. Toch liet het rabbinaat dit oogluikend toe.
De herinnering aan deze slagerij wordt levend gehouden door het kunstwerk Het Voorgesneden Paradepaard, links naast de gevel. Het stelt de het achterdeel van een paard voor, ingedeeld in de verschillende vleessoorten. Recht van de gevel is een gangetje te zien dat uitgesleten is door de vele paarden die hier (nog even levend..) doorheen gedreven werden.
21 In 1938 de sigarenwinkel van Leonard Barnstijn. Nu is het de Marokaanse winkel Le Souk. De huidige eigenaar voorzag de gevel van een oriëntaalse boog. Opmerkelijk is dat ook de synagoge gesierd wordt door een dergelijke oriëntaalse bogen.
19 Ooit de winkel van slager Abraham Levie Wolff. Hij kwam uit het Duitse Aurich en was getrouwd met Frieda Hess uit Weener (Ostfriesland). Voor WO II bestond intensief sociaal verkeer tussen Joden uit Groningen en het aangrenzende Ostfreisland.
19a Voormalige woning van huisarts Elie Areon Cohen. Hij overleefde Auschwitz en werd na de oorlog kinderarts vanwege zijn ervaringen met getraumatiseerde kinderen in de oorlog. Hij schreef een proefschrift onder de titel Het Duitse concentratiekamp.
16 Hier was de kosjere slager Isaac Nieweg gevestigd. Zijn naam staat op het tegeltableau. Aan het plafond van de winkel hangen nog steeds de vleeshaken waaraan Nieweg de geslachte beesten hing. Nieweg werd ’s morgens steeds ‘vriendelijk’ begroet door zijn overbuurman slager Mozes Nijveen met de vraag: ‘Zo, ben je nog steeds nie weg?’ Nieweg en zijn gezin overleefden de oorlog door in 1940 te vluchten naar de Verenigde Staten.
12 In het portiek hangt een titelloos kunstwerk met een oude foto. Op de foto zijn de broers Bollegraaf te zien (zie nr. 35). Het symbolyseert de integratie van de Joodse gemeenschap in de Groninger samenleving. Het feestelijke karakter van de foto steekt schril af tegen het volgende kunstwerk.
11 en 9 In het steegje tussen deze panden is hoog boven in de rechtermuur het kunstwerk Ook Hier uitgehakt. Het bestaat uit het woord ‘weggehaald’, dat verwijst naar de deportaties tijdens de WO II. De Joden zijn destijds letterlijk weggehaald uit hun huizen, nat als deze letters.
(Bron: Mzzl)
Een “prachtig” overzicht van de Joodse buurt, goed dat hier aandacht aan besteed wordt . Het moet niet vergeten worden.
Hier kan nooit genoeg aandacht aan worden besteed. Veel familleden van mijn man zijn nooit teruggekomen. Onze kinderen dragen de namen van hun overgrootouders met trots.
De Joodse onderwijsinstelling stond volgens mij niet op no 36 maar op 34.
Mijn oma woonde op no. 36a, daaronder zat een fietsenwinkel en dat no.36
Pingback: Religieus erfgoed, de Folkingestraat synagoge in Groningen. | bodewescollectiebeheer
ik zou als groningse heel graag willen dat er weer joodse winkels kwamen in
de folkingestraat dan is het toch weer een joodse invloed dat zou tussen alle
buitenlandse zaakjes prachtig zijn.
goed die aandacht voor de Joden in Groningen
Gisteren met vriendin Groningen bezocht.hadden een ANWBstadswandeling in de hand.Heel vreemd dat de Folkingenstraat hierin NIET opgenomen was.Op de bijna terugreis op station Groningen maakte een mevrouw uit Drachten ons attent op die volgens haar”mooiste straat van Groningen”.
gelukkig thuis nu nog kunnen bekijken via deze site.
Geweldig..dat dit.soort.sites er zijn.. nu nog het geheim v d bronzen deur..?
“…bronzen deur: Portaal. Een deurklink ontbreekt. Hierachter ligt symbolisch de geschiedenis van de Jodenbuurt verborgen, definitief afgesloten.”
Ik weet niet of er nog meer geheimen zijn 🙂
Ik ben blij dat er toch nog wat geschiedenis is overgebleven.
Mijn vrouw is altijd nog op zoek naar een Joodse fotograaf, die in de dertiger
jaren al kleuren foto’s maakte.
Weet iemand iets meer hierover ?
À Consten 13 06 1917
Mein vader heeft gewerkt
Bij de bakker Hildersheim
Familie opgepakt
Vader zonder werk
Mijn opa Mozes Bollegraaf en mijn vader verkochten galletjes voor bakker Hildersheim.
Leuk om nog iets terug te vinden over mijn familie
Misschien een idee om in de Folkingestraat stolpersteine te plaatsen ter nagedachtenis van de joodse mensen die zijn omgekomen in WWII, voordat er straks niets meer aan deze mensen herinnert.
Daar denk ik ook vaak aan want mijn opa heeft 200 fam. leden verloren.
Het zou fijn zijn als er meer joodse winkels en restaurants in Groningen zouden zijn!
Mooi overzicht en in zijn soberheid zeer ontroerend.
Ik heb tot mijn 16 jaar in de Folkingerstraat gewoond. Nr 56 a. Mijn moeder vertelde ons altijd, dat beneden ons een Joods winkeltje heeft gezeten met de naam Ossentjuk. Deze man heeft de oorlog overleeft. Hij reed dagelijks met zijn fiets door de Folkingerstraat. Mijn moeder heeft jaren lang een plateau gehad die afkomstig was uit de Synagoge. Waar het is gebleven, zal ik aan mijn zusje moeten vragen.
Mijn grootouders woonden destijds in de kleine haddingerstraat , op zondagmorgen ging ik trijntje wierts samen met mijn nichtjes en neefjes van nieff naar de zondagsschool (a kerk ) na afloop werd er snoep gekocht bij het winkeltje van meneer Ossentjuk.
Wie kent deze winkels nog. 1947 ?
Stofzuigers verkoop. Leco
Slagers. Snijmachines. Berkel
Drogisterij Rodermond. Ankie
Wat er gebeurd is mag nooit vergeten worden. Een “mooi” overzicht.
Gedachte van ‘Blaffertje’ en Ria m.b.t. de struikelstenen spreekt me aan.
Gelet op het grote aantal joodse bewoners zou dat betekenen dat de hele straat zo ongeveer met koper geplaveid zou moeten worden. Een krachtig signaal ter herdenking en waarschuwing: Dit mag geen enkel volk (opnieuw) aangedaan worden.
Zelf heb ik nog in de paardenslagerij gewerkt. Deze
Slagerij was toen in handen van Somers en Meywes.
Zover ik weet zit er nu een boeken winkel in maar
De etalge is goed herkenbaar.
Als 8 jarig joods meisje werd ik door de hoofdonderwijzeres van onze Joodse school juffrouw Urbach uitgezocht om de vacanties door te brengen bij de familie Hildesheim op het Nassauplein ik meen No. 25. Dat was een jong echtpaar zonder kinderen. Dagobert Hildesheim en zijn zeer jonge vrouw Grietje van der Hal uit Usquert. Zij kwamen mij persoonlijk halen van waar wij woonden aan de Overkant van het IJ in Amsterdam. Dago was handelsreiziger van de firma van Leer in huishoudelijke artikelen. Een ontzettend leuke man die nogal bekend was in Groningen omdat hij, zo begreep ik toen, mee deed aan optochten en gedichten declameerde. Grietje was pianolerares. Met hen ging ik naar de familie van der Hal in Usquert. Sam en Kaatje dacht ik en een zoon Julius. Vader en zoon waren veehandelaren. Later werd bij Dago en Grietje een meisje geboren die zij Carla noemden. Wij gingen wel eens naar het zwembad in Tynaarlo. Ik herinner mij de bakkerswinkel in de Folkingestraat waar een tante Jennie achter de toonbank stond. Een bakkerij met van de witte grote koekblikken langs de muur.
Zij zijn allemaal weggehaald en vermoord. Zelf verloor ik mijn hele familie in Amsterdam. Woon al heel veel jaren in Israël en op mijn verjaardags- kalender staan de overlijdens data van de Familie Hildesheim.
In een joodse wijk van Groningen of het voormalige vind ik dat er te weinig stolpersteine zijn en misschien dat de gemeente Groningen hier iets in kan betekenen. Bij de entree aan beide zijden van de folkingestraat een bord plaatsen dat aangeeft dat je de joodse wijk betreed en hoe groot hij was doormiddel van een plattegrond. Ook zou het mooi zijn om weer joodse winkels in de folkingestraat te hebben of een restaurant etc etc.