Op woensdag 22 mei wordt het kunstwerk rondom het community art project Levensloop feestelijk onthuld. De onthulling vindt plaats in het park Selwerd bij de splitsing van het voet- en fietspad richting Zernike en Paddepoel. Voorafgaand aan de officiële onthulling hebben de kinderen van de Wegwijzer een estafetteloop. Vanaf 11.00 uur zal het kunstwerk onthuld worden door wethouder Jan Seton van de gemeente Groningnen.
Levensloop
Levensloop vertelt de verhalen rondom lopen en de persoonlijke weg die iemand heeft afgelegd om hier te komen wonen. Naast de verhalen uit de wijken zijn er schoenen ingezameld voor het kunstwerk. Dit kunstwerk, in de vorm van een wegwijzer, symboliseert, door middel van een berg schoenen, de manier waarop men loopt. Uit deze berg schoenen reist een wegwijzer op die vervolgens de verschillende continenten weergeeft waar men vandaan komt.
Omdat het Park Selwerd tussen de wijken Paddepoel en Selwerd ligt en het tevens onderdeel uitmaakt van het lange afstandspad Pieterpad, staat de wegwijzer als nieuwe markering in het Park. De wegwijzer is tevens zichtbaar door gebruik te maken van de unieke GPS-coördinaten die op het kunstwerk staan.
Voorafgaand aan de realisering van dit kunstwerk zijn er vanaf 2010 initiatieven ontplooit voor realisering van ‘Kunstwerken gewenst voor stadsgedeelte — Paddepoelsterweg — van de route Pieterpad ‘, die helaas op niets zijn uitgelopen.
Heinz Wallisch schreef in 2010 ter activering van de samenhang kunst, burgerparticipatie en overheidsverbinding het volgende:
Deels “saaie route”
Sedert februari 1967 woon ik in de noordelijke wijk De Paddepoel van Groningen Stad. Dat betekent dat ik heb meegemaakt dat de toeristische route van het landelijk, vanwege de zeehondencrèche, bekende Pieterburen in het noorden van de provincie naar de Sint-Pietersberg in Maastricht en/of vice versa, het zogenoemde Pieterpad werd ontwikkeld, een uitstekend initiatief dat algemeen waardering ondervond.
In de laatste jaren van haar leven is mijn moeder, woonachtig aan de Avondsterlaan, kort voor haar tachtigste, nog een bed and breakfast-pension begonnen, en wel om twee hoofdredenen: als plotseling alleenstaande — op haar zesenzeventigste besefte ze dat ze voor het eerst een dag alleen was. Voordien had ze altijd een man en een vader, later aangevuld met kinderen, om zich heen gehad. Toen ze eens in de Groninger Gezinsbode een artikel las waarin de leiding van de stedelijke VVV klaagde over een gebrek aan adressen voor — veelal één keer, maar niet zelden meer — overnachting, besloot ze om zich daarvoor aan te melden en op die manier de leegte in haar relatief grote woning aan en op te vullen en daarmee meer invulling aan haar eigen leven te geven. Vrijwel onmiddellijk nadat de afspraken met de VVV waren afgerond, kwamen er gasten, en iets te klagen heeft ze eigenlijk nooit gehad — sterker nog: ze beleefde er veel genoegen aan, en ze werd daardoor tevens veel draaglijker in de omgang.
“Pieterpadders”
Uit tientallen landen heeft ze in die laatste periode van haar bestaan gasten ontvangen, maar een kleine helft van alle gasten bestond uit de toen zo genoemde Pieterpadders, die ook graag over hun tocht, van noord naar zuid of andersom, vertelden. Een veel gehoorde klacht in die beginjaren betrof de slechte, respectievelijk geheel ontbrekende, bewegwijzering.
Zelf fietste ik in die dagen veel langs het gedeelte van de route in kwestie en veel van degenen die over de Paddepoelsterweg liepen, hadden het maar wat druk met kaartlezen. En heel dikwijls ben ik naar de (toen onbekende) weg gevraagd. De gemeente heeft binnen de eigen grenzen vrij snel voor een behoorlijke bewegwijzering gezorgd, waardoor de lopers ook nog een stuk van het Noorderplantsoen ‘meekregen’.
De laatste tijd bereiken mij — ook al heb ik nu veel minder op enigerlei wijze contact met één of meer Pieterpadders — klachten over de route vanaf de stadsgrens bij de brug over het Van Starkenborghkanaal naar de Eikenlaan. Deze wordt veelal als saai ervaren. Hoewel de Paddepoelsterweg wordt omgeven door veel groen en men er grazende koeien, paarden en schapen kan zien, zou die ruimte zich uitstekend lenen voor een aardig aantal weer- en vandaalbestendige kunstwerken. Vanzelfsprekend kan ook worden gedacht aan andersoortige, eenmalige of regelmatige invulling met andere kunstuitingen dan ‘beelden’ en aanverwants.
Groot potentieel in eigen wijken
Direct bij de brug over genoemd water staat, richting centrum aan de linkerzijde, nog het voormalige brugwachtershuis en op het perceel aansluitend een boerderij, die nog wordt bewoond en waar zich ook nog dieren bevinden. De oude boerin rijdt zelf, met ware doodsverachting, op een zware tractor. Maar dan komt er een stuk — tot aan de bebossing rondom het Selwerderhof — dat zich uitstekend zou lenen voor een kunstwerk, en dat geldt ook voor de drie percelen groene grond tegenover de gracht die Selwerderhof en Crematorium deels omgeeft: daar waar ooit een Galgenveldje was gevestigd.
Juist daar zouden kunstwerken niet alleen de wandelaars en andere gebruikers van de Paddepoelsterweg een extra prikkeling met herinneringen aan deze Stad kunnen geven, maar er zou meteen een impuls kunnen uitgaan naar de in de wijken De Paddepoel en Selwerd woonachtige, respectievelijk werkzame, kunstenaars.
Salustiano Martha zegt dat hij het, mede voor zijn cursisten, een grandioos idee vindt, en meer van degenen die thans in het complex Trefkoel wonen en werken, zien zoiets als een uitdaging. Gerry, die in het voormalige filiaal van de Openbare Bibliotheek woont, werkt aan een project met uitvergrote microben, die op dat veld en elders in het klein maar tegelijkertijd in groten getale aanwezig zijn, zij het niet zichtbaar voor het blote oog.
Nu er werk wordt gemaakt van meer communicatie tussen overheid en burgerij, en dat op woensdag 19 mei vanaf 11:00 uur in de Vensterschool aan de Eikenlaan (zaal De Sonde) een eerste aanzet krijgt door middel van de lancering van de eerste wijkwebsite — waarvoor burgemeester Peter Rehwinkel naar onze noordelijke stadwijken komt—, kunnen ideeën vanuit de wijk ook veel directer onder de aandacht van de verantwoordelijken voor de wijken worden gebracht.