Met het zien van deze jonge flatcoated retriever, Levi, kwamen alle herinneringen weer boven van mijn eigen flatcoated retriever Fido. Net een dag weg van het nest en wennen aan zijn nieuwe omgeving. Altijd vrolijk en de flatcoated retriever wordt wel de clowns onder de retrievers genoemd.

Een hond die erg graag mag zwemmen en heel graag iets voor zijn baas wil doen. Als baas heb je flink wat geduld nodig om ze goed om te voeden; de flat denkt vaak dingen beter te weten.
Het was voor mij een heerlijke kameraad waar we enorm veel plezier mee beleefd hebben en wens deze eigenaren het zelfde toe. Een kwispelende en altijd vrolijke hond die ook rustig thuis kan liggen. Bij het zien van deze pup komt de gedachte boven; ook maar weer een flat? en er weer op uit! Eens een flat altijd een flat.

De oorsprong van de Flatcoated retriever ligt in Engeland. De Lesser Newfoundlander werd gekruist met de in zwang zijnde Gordon Setter en Zwarte Ierse setter. Midden 19de eeuw ontstond zo de Wavy Coated Retriever. Door verdere kruisingen, onder meer met collie-achtige honden, ontstond de huidige Flatcoat, met een smallere schedel en een vlak aanliggende vacht.

De ontwikkeling van het ras is gedurende de tweede helft van de 19de eeuw voornamelijk bepaald door dr. Bond Moore (Wolverhampton) en E. Shirley (Ettington Park). Het ras is gefokt en getraind om te helpen bij de eenden- en ganzenjacht, de honden zijn nog steeds actieve dieren die graag zwemmen en het apporteren snel kunnen leren.