Vandaag, 17 december ‘22 -werd een herdenking ‘Noem Hun Namen’ georganiseerd op de Nieuwe Markt in het centrum van Groningen voor mensen die omkwamen aan de Europese grenzen. Tussen 10 december (Dag van de Mensenrechten) en 18 december (Dag van de Migrant) worden in het hele land herdenkingen georganiseerd en de namen van overledenen voorgelezen. Dit is een initiatief van MiGreat, voor de 48.674 mensen die de gevaarlijke reis niet overleefd hebben, en vaak een anonieme dood stierven op zee, in de bergen of de bossen.
Hulpkreten van mensen in verdrinkingsnood worden door Europese kustwachten genegeerd. Libië wordt betaald voor pullbacks – wie ‘gered’ wordt komt in een detentiecentrum terecht en loopt het risico gemarteld of tot slaaf gemaakt te worden. Europese reddingsboten liggen aan de ketting, de bemanning wordt crimineel vervolgd. Wie via de landsgrenzen probeert de EU te bereiken loopt ook grote risico’s: grenspolitie schiet met scherp en gebruikt excessief geweld om mensen tegen te houden. Die doden zijn dus ook te wijten aan het Europese en Nederlandse grensbeleid.
De overleden vluchtelingen werden herdacht door het voorlezen van hun namen, live muziek, 2 minuten stilte en ervaringsverhalen.
Organisator Jantine Wijna legt uit waarom hij/zij/hen deze actie organiseert:
“Het lot van vluchtelingen aan de Europese grenzen grijpt mij erg aan. Wij willen deze mensen herdenken en Groningers informeren over het droevige en onnodige verlies van deze mensenlevens”.
De actie wordt georganiseerd door MiGreat. Overal in het land organiseren betrokken burgers herdenkingen. Roos Ykema (voorzitter MiGreat) is een van de initiatiefnemers en legt uit waarom;
“Het is onverteerbaar dat er steeds weer mensen om het leven komen als zij Europa proberen te bereiken. Het harde anti-migratiebeleid, dat ook door Nederlandse partijen als de VVD en CDA voorgestaan wordt, leidt aantoonbaar tot meer doden en heeft de Europese grens tot de dodelijkste ter wereld gemaakt. Mensen in levensnood moeten gered worden. Degenen die overleden mogen niet vergeten worden.”
Foto’s: Jan Hendrik van der Veen