Eind november zal algemeen directeur Andreas Blühm (65) zijn werkzaamheden bij het Groninger Museum beëindigen. “Na 36 jaar werk bij vijf musea in twee landen, waarvan 19 jaar als directeur, is het moment gekomen om afscheid te nemen.” Blühm begon in 2012 bij het Groninger Museum na zijn directeurschap bij het Wallraf-Richartz-Museum in Keulen. Van 1993 tot 2005 was hij Hoofd Presentatie van het Van Gogh Museum in Amsterdam.
Vincent van Gogh, Lentetuin, de pastorietuin te Nuenen in het voorjaar © Groninger Museum, bruikleen van Gemeente Groningen
“Ik ben in 1993 met Van Gogh naar Nederland gekomen en ga met hem mijn werkzaamheden beëindigen.” Op 30 november 2024 opent de tentoonstelling Hoe Van Gogh naar Groningen kwam in het Groninger Museum. “De cirkel is dan rond”, aldus Andreas Blühm, “en het was een hele mooie cirkel.”
Sinds zijn aantreden schreef hij meerdere successen op zijn naam, waaronder de publiekstrekkers David Bowie is en Rodin – Genius at Work – Gianni Versace – Nordic Art. Onder zijn leiding ondergingen zowel de nieuwe museumwinkel, het atelier en de entreehal een metamorfose.
Andreas Blühm vertrekt bij Groninger Museum
De afgelopen jaren werd de verbinding met de bewoners van de stad en provincie Groningen verstevigd. Met het “outreach”-programma heeft het museum veel Groningers bereikt, onder andere met weekenden voor wijken in de stad en workshops voor kinderen met de caravan in de hele provincie.
Andreas Blühm: “Het museum heeft een onmisbare positie in het culturele leven van Noord-Nederland, maar het is nu aan de tijd om het stuur over te dragen aan een nieuwe leiding, een nieuwe generatie. Ik ben alle stakeholders en alle begunstigers van het museum ontzettend dankbaar dat zij onze successen mogelijk gemaakt hebben. Er staat een uitermate bevlogen, kundig en enthousiast team dat moedig alle uitdagingen aan wil gaan en aan kan gaan.” Blühm is optimistisch dat het museum een gezonde toekomst heeft: “Juist in onzekere tijden hebben mensen behoefte aan houvast en wat is stabieler dan een museum dat al 150 jaar bestaat en het erfgoed van de Groningers bewaart?”
