Even badderen in een plas regenwater. Vandaag hebben we deze bonte vliegenvanger waargenomen. Het was lastig puzzelen om welke soort het ging en zeker als ze nat zijn is het vaak nog lastiger. Gelukkig is er veel deskundigheid die je bijstaan in de vaststelling van de soort.
De bonte vliegenvanger heeft een sterke opmars gemaakt, vanuit Centraal-Europa. Enkele decennia geleden was de bonte vliegenvanger nog een zelden in Nederland geziene vogel, tegenwoordig is deze tweekleurige verschijning op veel plekken te bewonderen. Bijna alle bonte vliegenvangers broeden in nestkasten, slechts een klein aantal bewoont natuurlijke boomholten. De bonte vliegenvanger komt vooral voor in de oostelijke helft van het land, met hoge concentraties op de Veluwe en het Drents Plateau. Vanaf een vaste zitpost maken ze korte vluchten achter vliegende insecten aan, en vangen deze in volle vlucht.
Het aantal broedparen van de bonte vliegenvanger is berekend op ongeveer 14.000 tot 18.000 paren. De marge is zo klein omdat het overgrote deel van de populatie in nestkasten broedt, waardoor een tamelijk betrouwbare indruk van de populatie bestaat. Het lijkt erop dat de aantallen niet langer groeien; in de periode 1979-1985 werden namelijk nog 15.000 tot 25.000 paren geraamd. Die aantallen halen we niet meer. Mogelijk zijn veranderingen in het klimaat, waardoor veel insecten enkele weken eerder al in grote aantallen beschikbaar zijn, hiervan de oorzaak: bonte vliegenvangers komen nog altijd relatief laat terug uit Afrika en vinden daardoor als het ware de hond in de pot.
(bron: http://www.vogeltrackers.nl)