Vandaag 20 oktober zijn de deuren van Het Nederlands Stripmuseum geopend voor het publiek voor de 60e verjaardag van het Donald Duck Weekblad. Bezoekers kunnen onder meer zien hoe het Donald Duck Weekblad zestig jaar geleden is ontstaan.
Naast diverse Donald Duck-kunstwerken is er ook te zien hoe een Donald Duck-verhaal wordt gemaakt, waarbij regelmatig officiële Donald Duck-tekenaars aanwezig zijn voor het geven van tekenworkshops.
Onder de aanwezigen een abonnee die al 60 jaar een abonnement heeft op de Donald Duck weekblad, Jelle Kuipers uit Groningen, de échte Donald Duck-striptekenaars Ed van Schuijlenburg, Wilma van den Bosch, Jan-Roman Pikula en Michel Nadorp – en ook presentator Jochem van Gelder was van de partij.
Jelle Kuipers zestig jaar fan van Donald Duck.
In alle drukte rond de 60ste verjaardag van het jeugd- en gezinsweekblad Donald Duck in het Groninger Stripmuseum was Jelle Kuipers uit Groningen een van de weinige abonnees van het eerste uur. Hij leest het blad al zo lang als het uit is. De Stadjer kwam ermee in aanraking toen de ‘bladenman’ met de gezinsmap inclusief Donald Duck bij zijn ouders thuis kwam. Jelle Kuipers was toen als zevenjarige meteen verkocht.
In de loop van de tijd heeft hij het blad wel wat zien veranderen, maar over het algemeen zijn de tekeningen volgens hem altijd wel prachtig geweest en waren de verhalen goed. De laatste tijd echter en zeker de speciale uitgave van Donald Duck in Groningen zijn de tekeningen er naar zijn mening op vooruitgaan en ‘machtig mooi’ geworden en ‘zo kleurrijk’, dat het ‘een lust is om ernaar te kijken.’ De 3133ste Groninger editie heeft hij nog niet uit gelezen, maar wat hij ervan heeft gezien, is in zijn ogen geweldig.
Jelle Kuipers heeft niet alle exemplaren bewaard. Het ging hem meer om het lezen. Hij zegt: “We hadden dan wel Donald Duck maar mijn moeder was nogal sociaal aangelegd zou je kunnen zeggen. Zij vond dat ook de jeugd die het wat minder breed had zonder abonnement de Donald Duck zou moeten lezen en gaf ze door. Dus veel van die dingen kwamen goed terecht en gingen niet verloren.’
Foto’s: Siebrand Wiegman