Het Jacob- en Annagasthuis in Groningen vinden we in het historisch centrum in het Gasthuisstraatje. De oudste vermelding van dit gasthuis’ dat ‘Jacob Grovens en Eteken sijnre echter huusfrouwen getijmmert hebben op de noerder zijdt in de Vierhuuser (Visser)straete’ dateert uit 1489.
Pas zes jaar later wordt de officiële stichtingsbrief opgesteld en heet het gasthuis ‘ter ere Gode en de ere der hilige vrouwe S. Anne en des hiligen apostel S. Jacobs’ opgericht.
Grovens en zijn vrouw brachten met de stichting van een gasthuis voor oudere arme lieden de laatste wilsbeschikking van Etekes ouders ten uitvoer. Het gasthuis was bedoeld als goedkope huisvesting voor 12 arme Groningers, die er kost en inwoning genoten. Het gasthuis kreeg vanwege het uitgedeelde voedsel als bijnaam Lekkerbeetjesgasthuis . Doordat het gasthuis in de loop der eeuwen meerdere malen door bouw en verkoop in omvang werd gewijzigd, varieerde het aantal bewoners tussen 12 in 1495 en 28 op het hoogtepunt in het begin van de achttiende eeuw.
Dat het meestal wel goed toeven was in het gasthuis bewees Geert Adriaans Boomgaard, die er 34 jaar woonde en in 1899 als oudste Nederlander op 110-jarige leeftijd overleed. Hij was overigens niet de enige die meer dan dertig jaar in het gasthuis verbleef.
Vanaf het midden van de twintigste eeuw waren er nog minstens elf anderen die er ook zo lang woonden. Nadat het in verval geraakte gasthuis in 1976 verkocht en gesloten werd, duurde het nog tot 1982 voor de ‘Maatschappij tot Verbetering van Woningtoestanden’ met de verbouwing kon beginnen. Nog datzelfde jaar werd het als complex woningwetwoningen opnieuw in gebruik genomen.
Bron: Staat in Groningen