Het is genieten van een stukje wad op de wereldkaart, waar de natuur niet kan spreken of haar stem kan laten gelden. Helaas, de mens wil méér en méér. Gas winnen en niet weten wat de gevolgen zijn.
Is er nog eb en vloed in de toekomst als de bodemdaling zich inzet? Wat zijn de gevolgen voor onze gevogelde vrienden? De politiek gaat wederom vragen stellen. Er is maar één antwoord mogelijk. Nee, namens alle natuurvrienden!
In de Nederlandse waddengebied wordt op vijf plekken aardgas gewonnen: op de locatie Zuidwal ten westen van Harlingen, in het duingebied van Ameland en vanaf de wadkust bij het Friese Moddergat, bij Vierhuizen en bij Lauwersoog. In het Nedersaksische waddengebied vindt aardgaswinning op twee locaties plaats, in de Leybucht en in de Eemsmond. In Denemarken en Hamburg is het winnen van olie en gas in het beschermde deel van het waddengebied verboden.
De Waddenvereniging is kritisch over het besluit van minister Kamp van Economische Zaken dat de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) meer gas mag gaan winnen onder en rond de Waddenzee.
De beslissing is gebaseerd op modellen die nog moeten worden getoetst door onafhankelijke experts. De Waddenvereniging wil dan ook dat er eerst een stevig onafhankelijk onderzoek plaatsvindt naar de betrouwbaarheid van de voorspellingen van de bodemdaling, voordat er extra gas in het Werelderfgoed Waddenzee wordt gewonnen. Voordat dit onderzoek is afgerond zouden er geen nieuwe vergunningen voor gas en zoutwinning in het waddengebied moeten worden verleend.
Ondertussen zou de regering in kunnen zetten op het pad van duurzame energie. Samen met andere natuurorganisaties heeft de Waddenvereniging een voorstel gedaan voor locaties op de Noordzee waar ruimte is voor duurzame energieopwekking. Tot nu toe heeft de regering daar nog veel te weinig werk van gemaakt.
Arjan Berkhuysen, directeur van de Waddenvereniging: ‘De Waddenzee is een wereldwijd uniek natuurgebied. Het gas levert veel op voor de schatkist, maar het hele gebied draait op toeristen die voor de natuur komen. Dat moet je niet gaan verkwanselen.’