Griep is een besmettelijke ziekte van de luchtwegen die wordt veroorzaakt door een virus (influenza). In het dagelijks spraakgebruik worden allerlei ziekten waarbij verkoudheid, hoesten en koorts optreden ‘griep’ genoemd. Deze informatie gaat uitsluitend over de echte griep (influenza).
Griep komt in Nederland vaak voor, meestal in de wintermaanden. Omdat het virus elk jaar een beetje verandert, kan iemand telkens opnieuw griep krijgen.
Ziekteverschijnselen van griep
Meestal begint griep plotseling. Ziekteverschijnselen zijn hoesten, hoofdpijn, keelpijn, koorts, koude rillingen, spierpijn en moeheid. Deze verschijnselen duren enkele dagen tot een week. Na een griep kan het enkele weken duren voordat iemand zich weer helemaal beter voelt.
Hoe kunt u het oplopen?
Griep is besmettelijk vanaf 1 dag vóór tot 5 of 6 dagen ná het begin van de ziekteverschijnselen. Het virus zit in de keel, neus en luchtwegen van iemand die geïnfecteerd is. Door hoesten, niezen en praten komen kleine druppeltjes met het virus in de lucht. Mensen kunnen deze druppeltjes inademen en besmet worden. Niet iedereen wordt ziek na besmetting. Als er ziekteverschijnselen optreden, gebeurt dat meestal 1 tot 2 dagen na de besmetting.
Wie kunnen griep krijgen?
Iedereen kan griep krijgen. Als u griep hebt gehad, wordt u immuun voor het virus dat in dat jaar de griep veroorzaakt. Dit komt doordat het lichaam tijdens de ziekte afweerstoffen opbouwt die ervoor zorgen dat u de ziekte niet meer kunt krijgen. Maar omdat het virus jaarlijks verandert, kunt u elk jaar opnieuw griep krijgen.
Wie lopen extra risico?
Mensen die dicht op elkaar leven of werken, lopen extra risico om besmet te raken. Ouderen en mensen met hart- en longaandoeningen, nierziekten en diabetes (suikerziekte) lopen extra risico op een longontsteking door het griepvirus.
Maatregelen om griep te voorkomen
-
De griepprik
Tegen griep kunt u worden ingeënt (de griepprik). Mensen die extra risico lopen kunnen deze prik gratis bij de huisarts halen. De griepprik werkt alleen tegen de belangrijkste virussen van dat jaar, daarom moet u ieder jaar opnieuw worden ingeënt. In 2010 beschermt de griepprik ook tegen H1N1 (Influenza A of Mexicaanse Griep). Als u al griepverschijnselen heeft, heeft inenting dat jaar over het algemeen geen zin meer. De griepprik geeft na 2weken een bijna volledige bescherming. Het is mogelijk dat u na de griepprik toch griep krijgt, maar die verloopt dan minder ernstig. De griepprik helpt niet tegen verkoudheid en andere virussen die hoest veroorzaken. Ga naar de huisarts voor een griepprik als u:
- diabetes mellitus (suikerziekte) heeft
- een hart- of longziekte heeft
- een nierziekte heeft
- ouder bent dan 65 jaar
- een uitnodiging van de huisarts voor een griepprik heeft ontvangen.
Voor meer informatie over de griepprik zie de Veelgestelde vragen over griepvaccinatie van het RIVM.
-
Goede hygiëne
Griep is besmettelijk. Daarom is ook een goede hygiëne belangrijk om de ziekte te voorkomen. Het beste is om bij hoesten en niezen een papieren zakdoekje te gebruiken, dit na gebruik weg te gooien en daarna uw handen te wassen. Als u geen papieren zakdoekje bij de hand heeft, houd dan uw hand voor de neus en mond en was hierna uw handen. Leer ook kinderen deze hoest- en niesdiscipline aan.
Behandeling
Over het algemeen is behandeling niet nodig. De ziekte geneest meestal zonder medicijnen. Wel kan na griep een longontsteking ontstaan met ernstige ademhalingsproblemen. In dat geval kunnen antibiotica worden voorgeschreven. Raadpleeg uw huisarts als de koorts langer duurt dan 5 dagen, als de koorts terugkomt na te zijn weggeweest of als er kortademigheid optreedt.
Bron: GGD Groningen